1Een bedevaartslied van David.
Here, ik stel mijzelf niet boven anderen
en kijk niet trots om mij heen.
Ik bemoei mij niet met zaken die te hoog gegrepen zijn
of die ik niet kan begrijpen.
2Innerlijk ben ik tot rust gekomen
en ik houd van de stilte.
Zo rustig als een kind zit op zijn moeders schoot,
zo rustig voel ik mij van binnen.
3Laat het volk Israël al zijn vertrouwen op de Here stellen,
nu en voor altijd.
A Song of degrees of David.
1LORD, my heart is not haughty, nor mine eyes lofty: neither do I exercise myself in great matters, or in things too high for me.131.1 exercise…: Heb. walk131.1 high: Heb. wonderful
2Surely I have behaved and quieted myself, as a child that is weaned of his mother: my soul is even as a weaned child.131.2 myself: Heb. my soul
3Let Israel hope in the LORD from henceforth and for ever.131.3 henceforth: Heb. now