Psalmen 119:49-56 HTB

Psalmen 119:49-56

Gedenk het woord, tot uw dienstknecht gesproken, En waarop Gij mijn hoop hebt gesteld; Dit is mijn troost in mijn ellende, Dat uw bestel mij het leven behoudt. Al bespotten de bozen mij nog zo vijandig, Toch wijk ik niet af van uw wet; Ik blijf uw aloude voorschriften indachtig, En voel mij er door getroost, o Jahweh; Maar gramschap maakt zich van mij meester, Om de zondaars, die uw geboden verlaten. Uw inzettingen ruisen als zangen mij tegen In het huis van mijn ballingschap; Des nachts, o Jahweh, gedenk ik uw Naam, En volg uw vermaningen op; Want dit is mijn plicht: Dat ik uw bevelen volbreng.

Read More of Psalmen 119