Psalm 131
A song for those who go up to Jerusalem to worship the Lord. A psalm of David.
1Lord, my heart isn’t proud.
My eyes aren’t proud either.
I don’t concern myself with important matters.
I don’t concern myself with things that are too wonderful for me.
2I have made myself calm and content
like a young child in its mother’s arms.
Deep down inside me, I am as content as a young child.
3Israel, put your hope in the Lord
both now and forever.
1Een bedevaartslied van David.
Here, ik stel mijzelf niet boven anderen
en kijk niet trots om mij heen.
Ik bemoei mij niet met zaken die te hoog gegrepen zijn
of die ik niet kan begrijpen.
2Innerlijk ben ik tot rust gekomen
en ik houd van de stilte.
Zo rustig als een kind zit op zijn moeders schoot,
zo rustig voel ik mij van binnen.
3Laat het volk Israël al zijn vertrouwen op de Here stellen,
nu en voor altijd.