1 ዜና መዋዕል 28 – NASV & HTB

New Amharic Standard Version

1 ዜና መዋዕል 28:1-21

ዳዊት ስለ ቤተ መቅደሱ ያወጣው ዕቅድ

1ዳዊት በኢየሩሳሌም እንዲሰበሰቡ የነገዱን የጦር አለቆች፣ ንጉሡን የሚያገለግሉትን የከፍለ ጦር አዛዦች፣ የሻለቆቹን፣ የመቶ አለቆቹን፣ የንጉሡና የልጆቹ ንብረትና ከብት ሁሉ ኀላፊ የሆኑትን፣ እንዲሁም የቤተ መንግሥቱን ሹማምት፣ ኀያላንና ጀግና ተዋጊዎቹን፣ በአጠቃላይ የእስራኤልን ሹማምት ሁሉ ጠራ።

2ከዚያም ንጉሥ ዳዊት በእግሩ ቆሞ እንዲህ አላቸው፤ “ወንድሞቼና ወገኖቼ ሆይ፤ እስቲ አድምጡኝ፤ ለእግዚአብሔር ለቃል ኪዳኑ ታቦት ማደሪያና ለአምላካችን እግር ማረፊያ የሚሆን ቤት ለመሥራት ዐስቤ ዕቅድ አውጥቼ ነበር። 3እግዚአብሔር ግን እንዲህ አለኝ፤ ‘ጦረኛ ሰው ስለ ሆንህና ደምም ስላፈሰስህ፣ አንተ ለስሜ ቤት አትሠራም።’

4“ነገር ግን የእስራኤል አምላክ እግዚአብሔር በእስራኤል ላይ ለዘላለም እንድነግሥ ከቤተ ሰቤ ሁሉ እኔን መረጠ፤ መሪ እንዲሆንም ይሁዳን መረጠ፤ ከይሁዳም ቤት የእኔን ቤተ ሰብ መረጠ፤ ከአባቴ ልጆች መካከል ደግሞ በመላው እስራኤል ላይ እንድነግሥ ፈቃዱ ሆነ። 5እግዚአብሔር ብዙ ልጆች ሰጥቶኛል፤ ከወንዶቹ ልጆቼ ሁሉ በእግዚአብሔር መንግሥት ዙፋን ላይ ተቀምጦ በእስራኤል ሁሉ ላይ እንዲነግሥ ደግሞ ልጄን ሰሎሞንን መርጦታል። 6እንዲህም አለኝ፤ ‘ቤቴንና አደባባዮቼን የሚሠራልኝ ልጅህ ሰሎሞን ነው፤ ምክንያቱም ልጄ እንዲሆን መርጬዋለሁ፤ እኔም አባት እሆነዋለሁ። 7አሁን እንደሚያደርገው ሁሉ፣ ትእዛዞቼንና ሕጎቼን ምንጊዜም ሳያወላውል የሚፈጽም ከሆነ፣ መንግሥቱን ለዘላለም አጸናታለሁ’።

8“እንግዲህ አሁንም ይህችን መልካሚቱን ምድር እንድትወርሱና ለልጆቻችሁም የዘላለም ርስት አድርጋችሁ እንድታወርሷቸው፣ የአምላካችሁን የእግዚአብሔርን ትእዛዝ ሁሉ በጥንቃቄ እንድታከብሩ በእስራኤል ሁሉ ፊት፣ በእግዚአብሔር ጉባኤና እግዚአብሔርም እየሰማ አዝዛችኋለሁ።

9“አንተም ልጄ ሰሎሞን ሆይ፤ እግዚአብሔር ልብን ሁሉ ስለሚመረምርና ሐሳብን ሁሉ ስለሚያውቅ፣ የአባትህን አምላክ ዕወቅ፤ በፍጹም ልብና በበጎ ፈቃድ አገልግለው። ከፈለግኸው ታገኘዋለህ፤ ከተውኸው ግን እርሱም ለዘላለም ይተውሃል። 10ለመቅደስ የሚሆን ቤት እንድትሠራ እግዚአብሔር የመረጠህ መሆኑን አሁንም ዐስብ፤ በርትተህም ሥራ።”

11ከዚያም ዳዊት የቤተ መቅደሱን መመላለሻ፣ የሕንጻውን፣ የዕቃ ቤቶቹን፣ የፎቁንና የውስጥ ክፍሎቹን እንዲሁም የማስተስረያውን ቦታ ንድፍ ለልጁ ለሰሎሞን ሰጠው። 12ደግሞም መንፈስ ቅዱስ በልቡ ያሳደረውን የእግዚአብሔርን ቤተ መቅደስ አደባባይ፣ በዙሪያው ያሉትን ክፍሎች ሁሉ፣ የእግዚአብሔርን ቤተ መቅደስ ዕቃ ቤቶችና የንዋየ ቅድሳቱን ግምጃ ቤቶች ንድፍ ሁሉ ሰጠው፤ 13እንዲሁም የካህናቱንና የሌዋውያኑን አመዳደብ፣ በእግዚአብሔር ቤተ መቅደስ አገልግሎት ሥራና ለአገልግሎቱ ስለሚጠቀምባቸው ዕቃዎች ሁሉ መመሪያ ሰጠው። 14ለልዩ ልዩ አገልግሎት የሚውሉትን የወርቅ ዕቃዎች ሁሉ መጠን፣ ለልዩ ልዩ አገልግሎት የሚውሉትን የብር ዕቃዎች ሁሉ መጠን አሳወቀው፤ 15እንደየመቅረዙ አገልግሎት ዐይነት ለወርቁ መቅረዞችና ለቀንዲሎቻቸው የሚሆነውን የእያንዳንዳቸውን የወርቅ መጠን፣ ለብሩ መቅረዞችና ለቀንዲሎቻቸው የሚያስፈልገውን የእያንዳንዳቸውን የብር መጠን፣ 16ለእያንዳንዱ፣ ገጸ ኅብስት ጠረጴዛ የሚያስፈልገውን የወርቅ መጠን፣ ለእያንዳንዱም የብር ጠረጴዛ የሚያስፈልገውን የብር መጠን፣ 17ለሹካዎቹ፣ ለጐድጓዳ ሳሕኖቹ፣ ለማንቈርቈርያዎቹ የሚያስፈልገውን ንጹሕ የወርቅ መጠን፣ ለእያንዳንዱ የብር ሳሕን የሚያስፈልገውን የብር መጠን፣ 18ለዕጣኑ መሠዊያ የሚሆነውን የጠራ ወርቅ መጠን እንዲሁም ክንፎቻቸውን ዘርግተው የእግዚአብሔርን የቃል ኪዳኑን ታቦት የሚሸፍኑትን ከወርቅ የተሠሩትን የኪሩቤል ሠረገሎች ንድፍ ሰጠው። 19ዳዊትም፣ “ይህ ሁሉ፣ በእኔ ላይ ባለው በእግዚአብሔር እጅ በጽሑፍ ተገለጠልኝ፤ የንድፉንም ዝርዝር እንድረዳ ማስተዋልን ሰጠኝ” አለ።

20ደግሞም ዳዊት ልጁን ሰሎሞንን እንዲህ አለው፤ “እንግዲህ በርታ፤ ጠንክር፤ ሥራውንም ጀምር። አትፍራ፤ ተስፋም አትቍረጥ፤ እግዚአብሔር አምላኬ ከአንተ ጋር ነውና፤ እርሱም የእግዚአብሔር ቤተ መቅደስ አገልግሎት ሥራ እስኪፈጸም ድረስ አይተውህም፤ አይጥልህም። 21ለእግዚአብሔር ቤተ መቅደስ ሥራ ሁሉ የሚያስፈልጉት ካህናትና ሌዋውያን ምድብም ዝግጁ ነው። በሁሉም የእጅ ሙያ የሠለጠኑ ፈቃደኛ ሰዎች በሥራው ሁሉ ይረዱሃል። ሹማምቱና ሕዝቡ ሁሉ ትእዛዝህን ይፈጽማሉ።”

Het Boek

1 Kronieken 28:1-21

Davids instrukties voor de bouw van de tempel

1David riep al zijn bewindslieden naar Jeruzalem: de bestuurlijke leiders, de stamhoofden, de commandanten van de twaalf regimenten, de andere legerofficieren, de mannen die de verantwoording hadden voor zijn eigendommen en veestapel, zijn raadslieden en alle andere mannen die een belangrijke functie vervulden in zijn koninkrijk.

2Hij stond op, ging vóór hen staan en zei: ‘Mijn broeders en mijn volk. Ik wilde graag een huis bouwen waarin de ark van het verbond van de Here een vaste plaats zou hebben, een plaats waar onze God kan verblijven. Ik heb nu al het nodige materiaal voor de bouw bijeengebracht. 3Maar God heeft tegen mij gezegd: “U mag geen huis ter ere van Mij bouwen, want u bent een strijder en hebt te veel bloed vergoten.” 4Toch heeft de Eeuwige God van Israël mij uit de hele familie van mijn vader gekozen om een koningshuis te stichten dat voor altijd over Israël zal regeren. Hij heeft de stam van Juda gekozen en uit de stam van Juda het gezin van mijn vader. En onder diens zonen liet de Here zijn blik van welgevallen op mij vallen en maakte mij koning over heel Israël. 5En uit al mijn zonen—de Here heeft mij vele kinderen gegeven—heeft Hij Salomo gekozen als mijn opvolger. Hij zal zitten op de troon van Israël, het koninkrijk van de Here. 6Hij zei tegen mij: “Uw zoon Salomo mag mijn huis bouwen, want Ik heb hem als mijn zoon uitgekozen en Ik zal zijn Vader zijn. 7En als hij mijn geboden en aanwijzingen blijft naleven, zoals hij tot nu toe heeft gedaan, zal Ik zijn koninkrijk eeuwig laten voortduren.” ’ 8David keerde zich tot zowel Salomo als het volk en zei: ‘Hier, voor de leiders van Israël, het volk van God en voor de ogen van onze God, bind ik allen op het hart elk gebod van de Here te gehoorzamen en zijn wil te onderzoeken, zodat u dit goede land in bezit houdt en het aan uw kinderen nalaat als een eeuwig eigendom.’ 9En tegen Salomo zei hij: ‘Salomo, mijn zoon, leer de God van uw vaderen kennen. Aanbid en dien Hem met een oprecht hart en een gewillige geest, want de Here doorziet elk hart en begrijpt en kent elke gedachte. Als u Hem zoekt, zult u Hem vinden, maar als u Hem verlaat, zal Hij u voor altijd van Zich afstoten. 10Welnu, de Here heeft u verkozen tot het bouwen van een huis als heiligdom van Hem. Wees sterk en doe het werk dat u is opgedragen.’

11Daarna gaf David Salomo de bouwtekeningen van de tempel en alle vertrekken: de schatkamers, de bovenkamers, de binnenkamers en het heiligdom voor het verzoendeksel. 12Tevens gaf hij Salomo zijn bouwplannen voor de buitenste hof, de aan de buitenkant gelegen vertrekken, de plaatsen waar alles werd opgeslagen en de schatkamers voor de geschenken en de heilige voorwerpen. Want de Heilige Geest had David al deze plannen ingegeven. 13Verder kreeg Salomo van zijn vader de aanwijzingen die betrekking hadden op het werk van de diverse groepen priesters en Levieten en ook beschrijvingen van elk voorwerp in de tempel dat moest worden gebruikt bij het aanbidden en het offeren. 14David woog voldoende goud en zilver af om deze voorwerpen te maken, 15evenals de precieze hoeveelheid goud die nodig was voor het maken van de kandelaars en de lampen. Hij woog verder voldoende zilver af voor de zilveren kandelaars en lampen, afhankelijk van de vraag waarvoor zij werden gebruikt. 16Hij woog goud af voor de tafel waarop de toonbroden moesten komen te liggen en voor de andere gouden tafels en zilver voor de zilveren tafels. 17Daarna woog hij goud af voor de gouden vorken, waarmee het offervlees werd aangeraakt en voor de schalen, kannen en bekers van goud en zilver. 18Ten slotte woog hij het pure goud af voor het reukaltaar en voor de wagen van de cherubs, die hun vleugels uitstrekten over de ark van het verbond van de Here. 19‘Elk onderdeel van deze bouwtekeningen,’ vertelde David aan Salomo, ‘kreeg ik in geschreven vorm uit de hand van de Here.’

20En hij vervolgde: ‘Wees sterk en moedig en ga aan het werk. Laat de omvang van deze taak u niet afschrikken, want de Here, mijn God, helpt u, Hij zal u niet in de steek laten. Hij zal ervoor zorgen dat al dit werk op de juiste wijze wordt gedaan. 21En de groepen priesters en Levieten zullen dienstdoen in de tempel. Anderen, met alle mogelijke bekwaamheden, zullen behulpzaam meewerken en het hele volk met zijn leiders staat tot uw beschikking.’