Psalmen 77 – HTB & NIV

Het Boek

Psalmen 77:1-21

1Een psalm van Asaf voor de koordirigent. Voor de tempelzangers.

2Ik roep naar God,

ik richt mij tot Hem

en verlang ernaar

dat Hij naar mij luistert.

3Als ik het moeilijk heb,

zoek ik de Here.

De hele nacht

strek ik mijn handen

naar Hem uit

en word het wachten niet moe.

Alleen Hij kan mij troosten.

4Als ik aan God denk,

moet ik kreunen.

Ik word overmeesterd

door het verlangen naar zijn hulp.

5Ik kan er niet van slapen

en ben zo onrustig

dat ik niet kan bidden.

6Ik denk aan vroeger,

aan de jaren die voorbijgingen.

7Ik herinner mij

mijn blijde musiceren van toen,

ik pieker

over het verschil tussen toen en nu.

8Heeft de Here mij dan voor altijd afgewezen?

Zal Hij mij geen genade geven?

9Zijn zijn goedheid en trouw

voor altijd opgehouden?

Geldt zijn belofte niet meer

voor de komende generaties?

10Vergeet God

ons zijn genade te geven?

Heeft Hij de liefde en het medeleven

uit zijn hart gebannen?

11Ik moet zeggen

dat het mij groot verdriet doet

dat God, de Allerhoogste,

van gedachten verandert.

12Toch blijf ik mij de grote wonderen van de Here herinneren.

Alles wat U in het verleden hebt gedaan, zal ik gedenken.

13Ik wil over uw werk spreken en nadenken over alles wat U deed.

14O God, uw wegen zijn altijd goed en heilig.

Wie is zo groot als U, onze God?

15U bent de God die wonderen doet.

U hebt de volken uw macht laten zien.

16U hebt uw volk op een machtige manier bevrijd.

Alle zonen van Jakob en Jozef en hun nageslacht.

17Toen het water U zag, o God,

beefde en sidderde het.

18De wolken lieten de regen neervallen

en de donder rolde langs de hemel.

Uw pijlen werden afgeschoten.

19Het gedreun van de donder rolde langs de hemel.

De bliksemschichten verlichtten de hele aarde.

Alles sidderde en beefde.

20U maakte een weg dwars door de zee,

een pad door het water heen.

Daardoor konden uw voetsporen

later niet worden gevonden.

21U leidde uw volk als een schaapskudde,

met Aäron en Mozes als herders.

New International Version

Psalms 77:1-20

Psalm 77In Hebrew texts 77:1-20 is numbered 77:2-21.

For the director of music. For Jeduthun. Of Asaph. A psalm.

1I cried out to God for help;

I cried out to God to hear me.

2When I was in distress, I sought the Lord;

at night I stretched out untiring hands,

and I would not be comforted.

3I remembered you, God, and I groaned;

I meditated, and my spirit grew faint.77:3 The Hebrew has Selah (a word of uncertain meaning) here and at the end of verses 9 and 15.

4You kept my eyes from closing;

I was too troubled to speak.

5I thought about the former days,

the years of long ago;

6I remembered my songs in the night.

My heart meditated and my spirit asked:

7“Will the Lord reject forever?

Will he never show his favor again?

8Has his unfailing love vanished forever?

Has his promise failed for all time?

9Has God forgotten to be merciful?

Has he in anger withheld his compassion?”

10Then I thought, “To this I will appeal:

the years when the Most High stretched out his right hand.

11I will remember the deeds of the Lord;

yes, I will remember your miracles of long ago.

12I will consider all your works

and meditate on all your mighty deeds.”

13Your ways, God, are holy.

What god is as great as our God?

14You are the God who performs miracles;

you display your power among the peoples.

15With your mighty arm you redeemed your people,

the descendants of Jacob and Joseph.

16The waters saw you, God,

the waters saw you and writhed;

the very depths were convulsed.

17The clouds poured down water,

the heavens resounded with thunder;

your arrows flashed back and forth.

18Your thunder was heard in the whirlwind,

your lightning lit up the world;

the earth trembled and quaked.

19Your path led through the sea,

your way through the mighty waters,

though your footprints were not seen.

20You led your people like a flock

by the hand of Moses and Aaron.