Psalmen 75 – HTB & CARS

Het Boek

Psalmen 75:1-11

1Een psalm van Asaf. Een lied voor de koordirigent. Te zingen op de wijs van: ‘Verderf niet.’

2Wij loven en prijzen uw naam, o God,

want uw naam is onder ons.

Er wordt veel gesproken

over alle wonderen die U doet.

3Wanneer Ik de tijd daarvoor gekomen acht,

zal Ik volmaakt rechtspreken.

4Al schudt de aarde op haar grondvesten

en wankelen alle mensen,

toch heb Ik haar vast neergezet op haar pilaren.

5Ik heb de trotse mensen gewaarschuwd:

‘Wees niet hoogmoedig’

en zei tegen de ongelovigen:

‘Wees niet koppig,

6gedraag u niet weerbarstig tegenover Mij

en wees niet trots.’

7Want uw waarde wordt niet bepaald

door een invloed van deze aarde,

niet uit dit of dat land of uit die woestijn.

8God is de Rechter.

De een wordt door Hem teruggewezen

en op zijn plaats gezet,

de ander wordt door Hem geprezen

en hooggeacht.

9In de hand van de Here bevindt zich een beker.

Daarin bruist de rijk gemengde wijn.

God schenkt die beker helemaal leeg,

tot op de bodem toe.

Alle ongelovigen op deze aarde moeten daaruit drinken.

10Maar ik?

Ik wil alles wat ik over God weet, bekendmaken.

Ik wil lofliederen zingen voor de God van Jakob.

11Alle koppigheid en hoogmoed van de ongelovigen

doe ik ver van mij.

Maar oprechte mensen

zullen in ere worden hersteld.

Священное Писание

Забур 75:1-13

Песнь 75

1Дирижёру хора. На струнных инструментах. Песнопение Асафа.

2Известен Всевышний в Иудее;

велико Его имя в Исраиле.

3В Салиме75:3 Салим – древнее название Иерусалима (см. Нач. 14:18). было жилище Его

и на Сионе – обитель Его.

4Там Он сокрушил сверкающие стрелы,

щит и меч, орудия войны. Пауза

5Ты сияешь во свете;

Ты величественнее, чем горы, полные дичи.

6Храбрые воины стали добычею,

уснули последним сном;

ни один из них не смог даже руку поднять.

7Бог Якуба, от грозного крика Твоего

и колесничие, и кони упали замертво.

8Лишь Тебя надо бояться;

и кто устоит пред Тобой,

когда Ты в гневе?

9Ты вынес Свой суд с небес;

вся земля испугалась и притихла,

10когда Всевышний восстал на суд,

чтобы спасти всех угнетённых на земле. Пауза

11Истинно, Твой гнев на людей принесёт Тебе хвалу75:11 Или: «гнев человеческий обратится в хвалу Тебе».,

и выживших после Твоего гнева Ты смиришь75:11 Или: «и Ты высвободишь Свой гнев в полной мере»; или: «и оставшийся гнев Ты смиришь»..

12Давайте обеты Вечному, вашему Богу, и исполняйте их;

все, кто вокруг Него, приносите дары Грозному.

13Он сокрушает дух вождей;

Он страшен для земных царей.