Psalmen 28 – HTB & LCB

Het Boek

Psalmen 28:1-9

1Door David.

Ik roep naar U, Here, mijn rots.

Keer U niet zonder te spreken van mij af.

Want als U tegen mij blijft zwijgen,

zal ik sterven.

2Luister toch naar mijn luide smeekbeden.

Ik hef mijn handen naar U omhoog in uw heiligdom.

3Vernietig mij niet samen met de goddelozen

of met andere misdadigers.

Die spreken wel vriendelijk met anderen,

maar in hun hart haten zij hen.

4Geef hun wat zij verdienen, loon naar werken.

Vergeld hun naar hun handelwijze.

5De Here zal hen vernietigen

en niet meer herstellen,

omdat zij geen oog hebben voor wat Hij doet

en niets begrijpen van zijn werken.

6Ik loof de Here,

want Hij heeft mijn luide smeekbeden gehoord.

7De Here geeft mij zijn kracht,

Hij is het schild waarachter ik schuil.

Mijn hart heeft op Hem vertrouwd

en Hij heeft mij geholpen.

Mijn hart juicht en ik prijs Hem met mijn lied.

8De Here geeft zijn volk kracht.

Hij is een beschermende vesting

voor hem die Hij heeft gezalfd.

9Maak uw volk vrij en zegen wie van U zijn.

Zorg voor hen als een herder voor zijn schapen

en bescherm hen tot in eeuwigheid.

Luganda Contemporary Bible

Zabbuli 28:1-9

Zabbuli 28

Zabbuli ya Dawudi.

128:1 a Zab 83:1 b Zab 88:4Nkukoowoola ggwe, Ayi Mukama, Olwazi lwange,

tolema kumpuliriza;

kubanga bw’onoonsiriikirira

nzija kuba nga bali abakkirira mu kinnya.

228:2 a Zab 138:2; 140:6 b Zab 5:7Owulire eddoboozi ery’okwegayirira kwange,

nga mpanise emikono gyange

okwolekera ekifo kyo ekisinga byonna obutukuvu,

nga nkukaabirira okunnyamba.

328:3 Zab 12:2; 26:9; Yer 9:8Tontwalira mu boonoonyi,

abakola ebibi;

abanyumya obulungi ne bannaabwe,

so ng’emitima gyabwe gijjudde bukyayi bwerere.

428:4 a 2Ti 4:14; Kub 22:12 b Kub 18:6Basasule ng’ebikolwa byabwe bwe biri,

n’olw’ebyambyone bye bakoze.

Basasule olwa byonna emikono gyabwe gye bisobezza,

obabonereze nga bwe basaanidde.

528:5 Is 5:12Olwokubanga tebafaayo ku mirimu gya Mukama,

oba ku ebyo bye yakola n’emikono gye,

alibazikiririza ddala,

era talibaddiramu.

6Atenderezebwe Mukama,

kubanga awulidde eddoboozi ly’okwegayirira kwange.

728:7 a Zab 18:1 b Zab 13:5 c Zab 40:3; 69:30Mukama ge maanyi gange,

era ye ngabo yange, ye gwe neesiga.

Bwe ntyo ne nyambibwa.

Omutima gwange gunaajaguzanga, ne mmuyimbira ennyimba ez’okumwebazanga.

828:8 Zab 20:6Mukama y’awa abantu be amaanyi,

era kye kiddukiro eky’obulokozi bw’oyo gwe yafukako amafuta.

928:9 a Ma 9:29; Ezr 1:4 b Is 40:11 c Ma 1:31; 32:11Olokole abantu bo, obawe omukisa abalonde bo.

Obakulemberenga ng’omusumba, era obawanirirenga emirembe gyonna.