Hebreeën 9 – HTB & CCBT

Het Boek

Hebreeën 9:1-28

Het volmaakte offer voor de zonde

1Bij het eerste verbond gaf God de mensen regels waaraan zij zich moesten houden als zij Hem dienden in de heilige tent, de Tabernakel. 2Deze tent werd in tweeën verdeeld. In het eerste deel kwamen de kandelaar en de tafel met de heilige broden te staan. Dat deel heette het Heilige. 3Dan hing er een zwaar gordijn en daarachter was het Allerheiligste. 4Daar stonden het gouden wierookaltaar en de ark van het verbond. De ark was aan alle kanten met goud bedekt. In de ark lagen de stenen plaquettes waarop de wetten stonden, een gouden pot met manna en de staf van Aäron die gebloeid had. 5Over het deksel van de ark spreidden de schitterende cherubs hun vleugels uit. Dat gouden deksel was de plaats waar men God om vergeving vroeg. Maar daar zullen we nu niet verder op ingaan.

6Toen alles klaar was, gingen de priesters het voorste deel zo vaak binnen als voor hun werk nodig was. 7Maar in het achterste deel mocht alleen de hogepriester komen en dan nog maar één keer per jaar. Hij moest bloed meenemen en dat op het gouden deksel van de ark sprenkelen om daarmee zijn eigen zonden en die van het hele volk voor God te bedekken. 8De Heilige Geest wilde daarmee duidelijk maken dat men niet in het Allerheiligste kon komen, zolang de tent van het eerste verbond nog dienst deed. 9Hieruit kunnen wij een belangrijke les leren. Ook al werden al deze gaven en offers gebracht, ze konden het geweten van de mensen toch niet zuiveren. 10Het ging alleen om bepaalde gebruiken: wat men wel en niet mocht eten en drinken, waarom en hoe men zich moest wassen. De mensen moesten zich eraan houden zolang Christus nog niet met Gods nieuwe, betere verbond was gekomen.

11Christus kwam als hogepriester van het nieuwe verbond dat wij nu hebben. Hij is de grotere en meer volmaakte tent in de hemel binnengegaan, die niet door mensen is gemaakt en niet tot deze wereld behoort. 12Eens en voor altijd ging Hij met bloed het Allerheiligste binnen en sprenkelde het op de plaats waar de zonden worden vergeven. Maar dat was niet het bloed van bokken en kalveren, nee, het was zijn eigen bloed. En daarmee heeft Hij ons voor eeuwig van de zonde bevrijd. 13Als het bloed van bokken en stieren en de as van jonge koeien van zonden konden reinigen, 14hoeveel te meer zal dan het bloed van Christus ons hart en leven veranderen. Hij, die Zelf zonder zonden is, heeft door de hulp van de eeuwige Geest Zich gewillig aan God overgegeven om voor onze zonden te sterven. Daardoor wordt ons geweten gezuiverd van daden die tot de dood leiden en kunnen wij de levende God dienen. 15Hij heeft ervoor gezorgd dat er een nieuw verbond kwam, zodat iedereen mag komen om te genieten van de rijkdom die God beloofd heeft. Christus is gestorven om hen te redden van de straf die zij verdienden door de zonden die zij onder het oude verbond hadden gedaan.

16Met dit verbond dat God met ons heeft gesloten, is het net als met een testament, er moet eerst iemand sterven, voordat het van kracht wordt. 17Aan een testament heb je pas iets als de man of vrouw die het gemaakt heeft, gestorven is. Want zolang die leeft, kan niemand een beroep op dat testament doen. 18Daarom werd het eerste verbond tussen God en zijn volk pas van kracht nadat het met bloed was ingewijd. 19Want toen Mozes het volk al Gods wetten had voorgelezen, nam Hij bloed van kalveren en bokken en sprenkelde dat met water, rode wol en hysop over de stenen plaquettes en het hele volk: 20‘Dit bloed bevestigt het verbond dat God u heeft opgelegd,’ zei hij. 21Op dezelfde manier sprenkelde hij bloed op de heilige tent en op alle toebehoren dat werd gebruikt voor de eredienst.

22Wij mogen wel zeggen dat onder het oude verbond vrijwel alles door bloed gereinigd werd. Als er geen bloed vloeit, worden de zonden niet vergeven. 23Daarom moest Mozes alles wat hij naar het hemelse voorbeeld had gemaakt, de heilige tent en alles wat er in was, reinigen door het bloed van dieren. Maar de werkelijke dingen in de hemelen worden door veel betere offers gereinigd. 24Christus is het heiligdom binnengegaan om in onze plaats voor God te verschijnen. Hij deed dat niet in het heiligdom dat door mensen was gemaakt, want dat was slechts een afbeelding van het werkelijke heiligdom in de hemel. 25Hij heeft Zich ook niet telkens weer geofferd, zoals de hogepriester, die elk jaar weer het Allerheiligste moest binnengaan om dierlijk bloed te offeren. 26Als dat nodig was geweest, had Hij vanaf het begin van de wereld telkens weer moeten lijden en sterven. Maar nu, tegen het einde van de eeuwen, is Hij eens en voor altijd gekomen om voor ons te sterven en de zonde weg te doen. 27Zo zeker als alle mensen eenmaal sterven en daarna beoordeeld worden, 28zo zeker zal Christus—nu Hij eenmaal gestorven is om de zonden van vele mensen weg te nemen—nogmaals verschijnen, nu niet om de zonde weg te nemen, maar om ieder te redden die verlangend naar Hem uitziet.

Chinese Contemporary Bible (Traditional)

希伯來書 9:1-28

舊約敬拜的禮儀

1舊約有敬拜的禮儀和地上的聖幕。 2建成後的聖幕共分兩間,外面的一間稱為聖所,擺設了燈臺、桌子和聖餅。 3在第二道幔子後面的那一間叫至聖所, 4裡面有純金的香壇和包金的約櫃。約櫃裡珍藏著盛嗎哪的金罐、亞倫那根發過芽的手杖和兩塊刻著十誡的石版, 5上面有榮耀的基路伯天使,高展翅膀蓋著約櫃上面的施恩座。關於這些事,現在不能一一細說。

6這些東西都齊備了,祭司們便經常進入聖所,舉行敬拜。 7可是,只有大祭司有資格每年一次獨自進入至聖所,而且每次都要端著血進去,為自己和以色列人的過犯獻上。 8聖靈藉此指明,只要頭一個聖幕還在,進入至聖所的路就還沒有開啟。 9這件事是一個象徵,告訴現今的世代:所獻的禮物和祭物都不能使敬拜的人良心純全, 10因為這些不過是關於飲食和各樣潔淨禮儀的外在規條,等新秩序的時代一到,便不再有效了。

美好新約

11現在基督已經來到,作了美好新約的大祭司,祂進入了那更偉大、更全備、非人手建造、不屬於這個世界的聖幕。 12祂只進入至聖所一次便完成了永遠的救贖,用的不是山羊和牛犢的血,而是自己的血。 13如果把山羊血、公牛血和母牛犢的灰灑在污穢的人9·13 污穢的人」指在猶太人的宗教禮儀上被視為不潔淨的人。身上,就可以使他們聖潔,身體得到潔淨, 14更何況基督藉著永恆的靈把自己毫無瑕疵地獻給上帝呢?祂的血豈不更能洗淨我們的良心,使我們脫離導致滅亡的行為,以便事奉永活的上帝嗎?

15因此,祂是新約的中保,藉著死亡救贖了觸犯舊約的人,好叫那些蒙召的人得到所應許的永恆基業。

16凡是遺囑9·16 遺囑」希臘文和「約」是同一個字。,必須等到立遺囑的人死了以後才能生效。 17如果立遺囑的人依然健在,遺囑就不能生效。 18正因如此,連立舊約也需要用血才能生效。 19摩西依照律法向猶太人頒佈所有誡命之後,便用紅色的羊毛和牛膝草蘸了牛犢和山羊的血以及水,灑在律法書和百姓身上, 20說:「這是上帝用來與你們立約的血。」 21他又照樣把血灑在聖幕和所有用來獻祭的器具上。 22根據律法,幾乎所有的器具都要用血來潔淨,因為若不流血,罪就得不到赦免。

23既然仿照天上的樣式所造的器具需要用祭牲的血來潔淨,天上的原物當然要用更美的祭物來潔淨。 24因為基督並非進入了人手所造的聖所,那只是真聖所的縮影,祂是進入了天堂,替我們來到上帝面前。 25祂在天上不必一次又一次地把自己獻上,好像那些大祭司年年都帶著牛羊的血進入至聖所。 26否則,自創世以來,祂不知道要受難多少次了。但如今在這世代的末期,祂只一次獻上自己,便除去了人的罪。 27按著定命,人人都有一死,死後還有審判。 28同樣,基督為了承擔世人的罪,也曾一次獻上自己。祂還要再來,不是來除罪,而是來拯救那些熱切等候祂的人。