De taak van Timotheüs
1Voor God en Jezus Christus—als Hij verschijnt om zijn koninkrijk te stichten, zal Hij over de levenden en de doden oordelen— 2vraag ik je dringend het woord van God door te geven als je daar de kans voor krijgt, of het je nu gelegen komt of niet. Wijs de mensen in de gemeente terecht en bestraf hen als het nodig is, moedig hen aan en onderwijs hun geduldig in het woord van God. 3Want er komt een tijd dat de mensen niet meer naar de waarheid willen luisteren, maar leraren zoeken die hun vertellen wat zij graag willen horen. 4Zij zullen niet naar de waarheid luisteren, maar hun eigen dwaze ideeën volgen. 5Blijf kalm en wees niet bang om voor de Here te lijden. Breng anderen tot Jezus Christus. Laat niets na van wat je moet doen.
6Ik zeg dit omdat mijn tijd bijna voorbij is. Ik zal voor God geofferd worden en binnenkort sterven. 7Ik heb de goede strijd gestreden, de wedloop tot het einde gelopen, het geloof behouden. 8In de hemel wacht mij een krans, die de Here, de rechtvaardige rechter, mij op de grote dag van zijn terugkeer zal geven. En niet alleen aan mij, maar ook aan alle mensen die vol verwachting naar zijn terugkeer uitkijken.
9Probeer zo vlug mogelijk naar mij toe te komen, 10want Demas heeft mij verlaten. Hij hield te veel van deze wereld en is naar Thessalonica gegaan. Crescens is naar Galatië gegaan en Titus naar Dalmatië. 11Alleen Lucas is nog bij mij. Als je komt, breng dan Marcus mee, want ik heb hem nodig. 12Tychikus is ook niet meer hier, want ik heb hem naar Efeze gestuurd.
13Als je komt, vergeet dan niet de mantel mee te brengen die ik in Troas bij Carpus heb laten liggen. Neem ook de boekrollen mee en vooral die van perkament.
14De kopersmid Alexander heeft mij veel kwaad gedaan. De Here zal hem zijn verdiende loon geven, 15maar pas wel voor hem op, want hij verzet zich fel tegen onze boodschap. 16De eerste keer dat ik voor de rechter moest komen, was er niemand die mij hielp. Iedereen had mij in de steek gelaten. Ik hoop dat het hun niet zal worden aangerekend. 17Maar de Here heeft mij altijd bijgestaan. Hij gaf mij de kracht zodat ik het goede nieuws onder alle volken heb kunnen brengen en zij het allemaal gehoord hebben. Hij heeft mij beschermd tegen de verscheurende leeuwen. 18Ja, de Here zal er altijd voor zorgen dat mij geen kwaad overkomt, Hij zal mij veilig in zijn hemels koninkrijk brengen. Alle eer is voor God, voor altijd en eeuwig. Amen.
19Breng mijn groeten over aan Prisca en Aquila en aan ieder die in het huis van Onesiforus woont. 20Erastus is in Korinthe gebleven en ik heb Trofimus ziek in Milete achtergelaten. 21Probeer voor de winter hier te zijn. Eubulus, Pudens, Linus, Claudia en alle anderen laten je groeten. 22Ik bid dat de Here Jezus Christus met je geest zal zijn en ik wens jullie zijn genade toe.
1در پيشگاه خدا و عيسی مسيح كه روزی زندگان و مردگان را داوری خواهد فرمود، تو را مكلف می‌سازم كه 2در هر موقعيت، و در وقت و بی‌وقت، كلام خدا را اعلام نمايی. آماده باش تا هر وقت لازم شد، مؤمنين را اصلاح و توبيخ و تشويق كنی. همواره با صبر و بردباری كلام خدا را به ايشان تعليم ده. 3زيرا زمانی خواهد رسيد كه مردم، ديگر به حقيقت گوش فرا نخواهند داد، بلكه به سراغ معلمينی خواهند رفت كه مطابق ميلشان سخن می‌گويند. 4ايشان توجهی به پيغام راستين كلام خدا نخواهند نمود، بلكه كوركورانه به دنبال عقايد گمراه كننده خواهند رفت.
5اما تو در همهٔ شرايط استوار بايست، و از زحمت ديدن در راه خداوند نترس. مردم را به سوی مسيح هدايت كن و وظايف خود را بی‌كم و كاست انجام بده.
گفتار پايانی پولس
6اين سفارشها را می‌كنم چون شايد ديگر نتوانم نزد تو آمده، كمكت نمايم. وقت رحلت من فرا رسيده و بزودی راهی آسمان خواهم شد. 7من برای خداوندم با دل و جان مبارزه كرده‌ام و نسبت به او وفادار مانده‌ام. اكنون ديگر مسابقه به پايان رسيده و وقت آنست كه استراحت كنم. 8حال، تاجی در آسمان انتظار مرا می‌كشد، تاجی كه خداوند ما مسيح، آن داور عادل، در روز بازگشت خود به من عطا خواهد فرمود؛ اما نه فقط به من، بلكه به تمام كسانی كه با زندگی‌شان نشان می‌دهند كه مشتاقانه منتظر بازگشت او هستند.
9سعی كن هر چه زودتر نزد من بيايی، 10زيرا «ديماس» مرا ترک كرده است؛ او به خاطر علائق و دلبستگی‌هايش به امور اين دنيا، به «تسالونيكی» رفته است. در ضمن «كريسكيس» به «غلاطيه» و «تيطوس» به «دلماتيه» رفته‌اند. 11فقط «لوقا» پيش من است. هرگاه آمدی، «مرقس» را نيز با خود بياور، زيرا به كمک او احتياج دارم. 12«تيخيكوس» هم ديگر اينجا نيست چون او را به افسس فرستادم. 13وقتی می‌آيی، فراموش نكن ردای مرا كه در شهر «تروآس» نزد «كارپوس» گذاشته‌ام، همراه بياوری. در ضمن، كتابها، بخصوص اوراق پوستی را نيز بياور.
14«اسكندر» مسگر به من بسيار بدی كرد؛ خداوند خودش او را تنبيه كند. 15تو نيز خود را از او دور نگاه دار، چون او با گفته‌های ما مخالفت می‌كرد.
16در نخستين جلسهٔ دادگاه، هيچكس برای كمک به من، در جلسه حضور نيافت؛ همه مرا ترک كردند. اميدوارم خدا اين خطا را به حساب ايشان نگذارد. 17اما خداوند خودش مرا ياری نمود و فرصت داد تا با دليری پيغام نجاتبخش انجيل را به گوش همهٔ قومهای دنيا برسانم. او مرا نجات داد و نگذاشت مرا جلو شيران بيفكنند. 18بلی، خداوند مرا از هر اتفاق بدی حفظ خواهد كرد و سلامت به ملكوت آسمانی خود خواهد رساند. جلال تا ابد از آن خداوند باد. آمين.
سلامهای پايانی پولس
19خواهش می‌كنم سلام مرا به «پرسكلا» و «اكيلا» برسان، همچنين به كسانی كه در خانهٔ «اُنيسيفوروس» هستند. 20«اراستوس» در قرنتس ماند؛ «تروفيموس» را نيز كه بيمار بود، در ميليتوس ترک كردم و آمدم. 21سعی كن قبل از زمستان اينجا باشی. «یوبولوس»، «پودنس» و «لينوس»، «كلاديا» و همهٔ برادران سلام می‌رسانند. 22عيسی مسيح خداوند با روح تو باد. فيض خداوند با شما باد.
