2 Samuël 7 – HTB & CCB

Het Boek

2 Samuël 7:1-29

De belofte van God aan David

1Toen de Here eindelijk vrede gaf en Israël niet langer in oorlog was met de omringende volken, 2zei David tegen de profeet Nathan: ‘Luister eens! Ik woon hier in een prachtig paleis van cederhout, terwijl de ark van God buiten in een tent staat!’ 3‘Doe gerust wat u van plan bent,’ zei Nathan, ‘want de Here zal u helpen.’

4Maar die nacht zei de Here tegen Nathan: 5‘Vertel mijn dienaar David dat hij het niet moet doen! 6Ik heb namelijk nooit in een tempel gewoond. Mijn huis is een tent geweest sinds de tijd dat Ik Israël uit Egypte haalde. 7Ik heb daarover ook nooit geklaagd tegen de leiders van Israël, de herders van mijn volk. Heb Ik hun ooit gevraagd waarom zij geen mooie cederhouten tempel voor Mij hadden gebouwd? 8Breng deze boodschap van de Here van de hemelse legers over aan David: “Ik heb u tot leider van mijn volk Israël gekozen en u daarvoor weggehaald bij de schapen die u hoedde. 9Ik heb u terzijde gestaan waar u ook ging en Ik heb uw vijanden verslagen. En Ik zal uw naam nog groter maken, zodat u een van de bekendste mannen ter wereld wordt! 10-11 Ik heb een vaderland uitgekozen voor mijn onderdanen dat zij nooit hoeven te verlaten. Het zal hun eigen land zijn, waarin de heidense volken hen niet meer zullen lastigvallen, zoals in de tijd toen de richters mijn volk regeerden. Er zullen geen vijanden meer tegen u optrekken en Ik zal u een rijk nageslacht geven! 12Want wanneer u sterft, zal Ik een van uw eigen zonen op uw troon zetten en Ik zal zijn koninkrijk sterk maken. 13Hij is degene die een tempel voor Mij zal bouwen. Het zal een huis zijn waaraan Ik mijn naam verbind. En zijn koninkrijk zal Ik tot in eeuwigheid laten voortduren. 14Ik zal zijn vader zijn en hij zal mijn zoon zijn. Als hij zondigt, zal Ik andere volken gebruiken om hem te straffen, 15maar Ik zal mijn liefde en vriendschap niet van hem terugtrekken zoals Ik dat bij uw voorganger Saul deed. 16Uw familie zal voor eeuwig dit koninkrijk regeren. Uw troon zal niet wankelen.” ’

17Nathan zocht David op en vertelde hem wat de Here had gezegd. 18Toen ging David de tent binnen, knielde voor de ogen van de Here neer en bad: ‘O Here God, waarom hebt U uw zegeningen uitgestrooid over mij en mijn nageslacht? 19En nu U mij dat allemaal hebt gegeven, zegt U ook nog dat U mijn geslacht voor altijd wilt laten regeren! 20Wat kan ik verder nog zeggen? Here God, U kent mij, uw dienaar, immers door en door. 21U doet al deze dingen omdat U het hebt beloofd en omdat U ze ook wilt doen! 22O Here God, wat bent U groot! Wij hebben nooit gehoord over een andere God zoals U. En er is ook geen andere God buiten U, die ons dit alles hebt bekend gemaakt. 23Welk ander volk op aarde heeft zulke zegeningen ontvangen als uw volk Israël? Want U hebt uw uitverkoren volk gered om uw naam eer te geven. U hebt grote wonderen gedaan en Egypte en haar goden verslagen. 24U koos Israël voor altijd als uw volk en U werd onze God. 25Here God, doe dan wat U beloofde aan mij en mijn nageslacht. 26Ik bid dat U voor eeuwig zult worden geëerd omdat U de God van Israël bent en mijn nageslacht voor U bewaard zal blijven. 27Want U hebt mij geopenbaard, o Here van de hemelse legers, God van Israël, dat ik de eerste ben van een gezegend nageslacht, daarom ben ik zo vrijmoedig geweest dit gebed uit te spreken. 28Want U bent werkelijk God en uw woorden zijn waarheid. U hebt mij deze goede dingen beloofd, 29doe daarom wat U mij hebt toegezegd! Zegen mijn familie voor eeuwig! Moge ons nageslacht altijd voor uw ogen blijven voortbestaan, want U, Here God, hebt het beloofd.’

Chinese Contemporary Bible (Simplified)

撒母耳记下 7:1-29

上帝对大卫的应许

1大卫住在王宫里,耶和华使他安享太平,不受四围的仇敌侵扰。 2一天,王对拿单先知说:“你看!我住在香柏木造的王宫中,但上帝的约柜还留在帐篷里。” 3拿单答道:“你只管照着自己的想法去做吧,因为耶和华与你同在。” 4当晚耶和华对拿单说: 5“你去告诉我的仆人大卫,‘耶和华说,你岂是为我建造殿宇的人? 6从我把以色列人带出埃及那天起,直到今天,我从未住过殿宇,一路上都住在帐篷里。 7在我与以色列人同行的日子,我从未责问任何我委派牧养我子民的士师,你为何不为我建香柏木的殿宇呢?’

8“现在你要告诉我的仆人大卫,万军之耶和华说,‘你原本在草场牧羊,我召你来做我以色列子民的首领。 9无论你去哪里,我都与你同在,为你铲除所有仇敌。现在我要使你声名远播,与世上的伟人齐名。 10-11我必为我的以色列子民预备一个地方,栽培他们,让他们住在自己的家园,不再受惊扰,不会像从前我设立士师治理他们的时候那样受恶人压迫。我必使你安定,免受仇敌的侵扰。我耶和华向你宣告,我必建立你的王室。 12你寿终正寝、与祖先同眠之后,我必立你的后裔接替你的王位,使他江山稳固。 13他必为我的名建造圣殿,我必使他的王位坚立,直到永远。 14我要做他的父亲,他要做我的儿子。如果他犯了罪,我必用人的杖、世人的鞭子来惩治他, 15但我的慈爱却不会像离开从你面前被废的扫罗那样离开他。 16你的家和你的国必在我面前永远坚立,你的王位必永远稳固。’”

17拿单就把所听到的启示全部告诉大卫

大卫的祷告

18于是,大卫王走进会幕,在耶和华面前坐下,说:“主耶和华啊,我是谁?我的家算什么?你竟如此厚待我。 19主耶和华啊,你觉得这还不够,你还要施恩赐福给你仆人的后代。主耶和华啊,这样的福分岂是常人可以得到的? 20主耶和华啊,我还能对你说什么呢?你深知你的仆人。 21你让仆人知道你凭自己的应许、按自己的旨意行了这大事。 22主耶和华啊,你真伟大!我们从未听过有谁能与你相比,你是独一无二的上帝。 23世上哪个民族比得上你的以色列子民呢?你从埃及救出他们,让他们做你的子民,又彰显你的大名,行神迹奇事,把列国及其神明从你的以色列子民面前赶走。 24你让以色列人永远做你的子民,你耶和华做他们的上帝。

25“耶和华上帝啊,求你永远信守你对仆人和仆人家的应许。 26这样,你的名必永远被尊崇,人们必说,‘万军之耶和华是治理以色列的上帝。’愿你仆人大卫的家在你面前坚立。 27以色列的上帝——万军之耶和华啊,因为你曾启示仆人,说你要使我家世代为王,仆人才有勇气这样向你祷告。 28主耶和华啊,只有你是上帝,你的话真实可靠,你给了仆人美好的应许。 29现在求你赐福给仆人家,让仆人家在你面前永续不断。主耶和华啊,这些都是你的应许,愿你永远赐福给仆人家。”