西番雅書 2 – CCBT & HTB

Chinese Contemporary Bible (Traditional)

西番雅書 2:1-15

呼籲百姓悔改

1-2不知羞恥的國民啊,

趁命令尚未發出、

日子尚未如風中的糠疾飛而去、

耶和華的烈怒尚未臨到你們、

祂向你們發怒的日子尚未來臨,

要聚集,聚集起來!

3世上所有遵守耶和華典章的謙卑人啊,

要尋求耶和華,追求公義,為人謙卑。

也許在耶和華發怒的日子,

你們可以得到庇護。

審判以色列的鄰國

4迦薩必被拋棄,

亞實基倫必淪為廢墟,

亞實突的居民必在中午被趕走,

以革倫必被連根拔除。

5住在海邊的基利提人啊,

你們有禍了!

非利士人的土地——迦南啊,

耶和華宣告要毀滅你,

使你杳無人煙。

6沿海地區必成為草場,

有牧人的居所和羊圈。

7那裡必歸給猶大家的餘民,

他們必在那裡放牧,

晚上睡在亞實基倫的房屋裡,

因為他們的上帝耶和華必眷顧他們,

使他們回到故土。

8-9以色列的上帝——萬軍之耶和華說:

「我聽見了摩押人的譭謗和亞捫人的辱罵。

他們譭謗我的子民,揚言侵佔他們的土地。

我憑自己的永恆起誓,

摩押亞捫必刺草叢生、鹽坑遍地、永遠荒廢,

所多瑪蛾摩拉一樣。

我餘下的子民必擄掠他們,

我倖存的百姓必承受他們的土地。」

10這是他們的報應,

因為他們狂妄自大,

譭謗萬軍之耶和華的子民。

11耶和華必令他們恐懼,

因為祂要消滅世上的神明。

天下萬民必各在本地敬拜祂。

12古實人啊,

你們必死在耶和華的刀下。

13祂必伸手攻擊北方,毀滅亞述

使尼尼微一片荒涼,

如乾旱的曠野。

14牲畜和野獸必躺臥在那裡,

貓頭鷹和刺蝟棲身在房柱上,

窗口傳來鳥鳴,

門庭都已破敗,

露出香柏木梁。

15這就是那歡樂安逸、

自以為無與倫比的城,

現在竟然如此荒涼,

成為野獸棲息之地!

路過的人都搖手嘲笑它。

Het Boek

Zefanja 2:1-15

Het oordeel over de volken

1Kom tot inkeer, schaamteloos volk! 2Nu kan het nog, straks is het te laat. Kom tot uzelf, voordat de toorn van de Here over u losbarst en de dag van zijn oordeel aanbreekt. 3Laten de nederigen die de Here gehoorzamen, Hem om redding smeken. Wees nederig en rechtvaardig. Misschien zal de Here u op die dag sparen. 4Gaza, Askelon, Asdod en Ekron, al deze Filistijnse steden zullen door verwoesting getroffen worden en veranderen in ruïnes. 5Onheil komt over u, Filistijnen die aan de kust en in het land Kanaän wonen! Ook u wordt door het oordeel van de Here getroffen. Hij zal u tot de laatste man uitroeien. 6De kuststreek zal veranderen in een weidegebied voor schapen en geiten. 7De weinige overlevenden van de stam Juda zullen daar weidegrond vinden. Zij zullen ʼs nachts slapen in de verlaten huizen van Askelon. Want de Here, hun God, zal naar hen omzien en een verandering ten goede bewerken.

8‘Ik heb gehoord hoe de Moabieten en Ammonieten mijn volk uitlachten en bespotten en hoe zij het land van mijn volk verachtten. 9Daarom, zo waar Ik leef,’ zegt de Here van de hemelse legers, de God van Israël, ‘Ik zal Moab en Ammon verwoesten, net zoals Ik met Sodom en Gomorra heb gedaan. Zij zullen voor eeuwig veranderen in een veld vol distels, in een zoutafgraving en in een woestenij. Wie van mijn volk zijn overgebleven, zullen hen plunderen en hun land in bezit nemen.’ 10Dit zal het loon zijn voor hun overmoed, want zij hebben gespot en zijn tekeer gegaan tegen het volk van de Here van de hemelse legers. 11De Here zal hun vreselijke dingen laten overkomen. Hij zal alle afgoden ter wereld laten wegteren en iedereen zal Hem aanbidden, ieder volk in zijn eigen land. 12Ook u, Ethiopiërs, zult door zijn zwaard worden geveld 13en hetzelfde zal de landen in het noorden overkomen. Hij zal Assur vernietigen en zijn hoofdstad Ninevé veranderen in een wildernis, in een dorre woestijn. 14Deze stad zal weidegrond worden voor schapen en allerlei wilde dieren zullen daar hun holen hebben. Pelikanen en roerdompen zullen overnachten in de ruïnes. Hoor eens hoe zij krijsen door de kapotte vensters! Elk huis is een puinhoop en de cederhouten betimmering is totaal vernield. 15Dat is nu de stad die eens zo uitgelaten en onbezorgd was! Dat zijn de restanten van de stad die bij zichzelf zei: ‘Ik ben de allergrootste stad ter wereld!’ Kijk eens wat een woestenij zij is geworden! Zij werd een plaats waar de wilde dieren wonen. Ieder die haar passeert, zal haar bespotten en vol afschuw met de handen schudden.