歷代志上 10 – CCBT & HTB

Chinese Contemporary Bible (Traditional)

歷代志上 10:1-14

掃羅之死

1非利士人與以色列人交戰,以色列人敗逃,許多人在基利波山被殺。 2非利士人窮追掃羅及其眾子,殺了掃羅的兒子約拿單亞比拿達麥基舒亞3掃羅周圍的戰鬥非常猛烈,他被弓箭手發現、射成重傷, 4就對為他拿兵器的人說:「拔出你的刀來刺死我吧!免得那些未受割禮的人來凌辱我。」但拿兵器的人非常害怕,不敢動手,掃羅就自己伏刀自盡。 5拿兵器的人看見掃羅已死,也伏刀自盡了。 6這樣,掃羅和他的三個兒子及全家都死了。 7住在山谷中的以色列人看見以色列軍敗逃、掃羅及其眾子已死,都棄城而逃。於是,非利士人佔領了那些城邑。 8次日,非利士人來剝陣亡者的衣物,發現掃羅及其眾子橫屍基利波山, 9就剝下掃羅的盔甲,割下他的頭顱,並派人到非利士四境向他們的偶像和民眾通告消息。 10他們將掃羅的盔甲放在他們的神廟裡,把他的頭顱掛在大袞神廟中。 11基列·雅比人聽見非利士人對掃羅的所作所為, 12他們所有的勇士就去把掃羅和他兒子們的屍體運到雅比,葬在雅比的橡樹下,並禁食七天。 13掃羅死了,因為他對耶和華不忠,不聽從祂的教誨,甚至去求問靈媒, 14而不求問耶和華。因此,耶和華使他被殺,把王位交給了耶西的兒子大衛

Het Boek

1 Kronieken 10:1-14

De dood van Saul

1De Filistijnen vielen de Israëlitische troepen aan en behaalden een overwinning. De Israëlieten sloegen op de vlucht en velen sneuvelden op de hellingen van de berg Gilbóa. 2Saul en zijn drie zonen Jonathan, Abinadab en Malkisua werden in het nauw gedreven en de drie zonen werden gedood. 3-4 Saul was al enige malen aan een benarde situatie ontkomen, toen de Filistijnse boogschutters hem opnieuw in het nauw dreven. Hij werd nu doodsbang en riep naar zijn lijfwacht: ‘Snel, dood mij met je zwaard, voordat deze onbesneden heidenen mij gevangennemen en wraak op mij nemen.’ Maar de wapendrager durfde dat niet. Daarop nam Saul zijn eigen zwaard en liet zich erin vallen. 5Toen zijn lijfwacht zag dat hij dood was, liet ook hij zich in zijn zwaard vallen. 6Zo stierven Saul en zijn drie zonen, het hele gezin kwam op één dag om het leven. 7Toen de Israëlieten beneden in het dal hoorden dat Saul en zijn zonen waren omgekomen en dat het leger was gevlucht, verlieten zij hun steden in een overhaaste vlucht. De Filistijnen maakten daarvan dankbaar gebruik en vestigden zich daar.

8Toen de Filistijnen de volgende dag teruggingen naar het slagveld om de lijken te beroven en de buit te verzamelen, vonden zij de lichamen van Saul en zijn zonen op de berg Gilboa. 9Zij namen Sauls wapenrusting mee en hakten zijn hoofd af. Deze overwinningstekens stuurden zij hun land rond en zij dankten hun afgoden voor de prachtige overwinning. 10Sauls wapenrusting werd aan de muur van de afgodentempel gehangen en zijn hoofd spijkerden zij aan de muur van de tempel van Dagon. 11Maar toen de inwoners van de stad Jabes in Gilead hoorden wat de Filistijnen met Saul hadden gedaan, 12gingen hun moedigste strijders op weg en brachten zijn lichaam en die van zijn zonen terug. Daarna begroeven zij hen onder een eik bij Jabes en huilden en rouwden zeven dagen lang om hen.

13Saul stierf om zijn ongehoorzaamheid aan de Here en omdat hij een waarzegster had geraadpleegd 14in plaats van de Here om leiding te vragen. Daarom doodde de Here hem en gaf het koninkrijk aan David, de zoon van Isaï.